Maak cultuurbeleid dat recht doet aan de diversiteit in Nederland
De Unesco Commissie adviseert demissionair staatssecretaris Uslu cultuurbeleid te maken dat recht doet aan de diversiteit en rijkdom van cultuuruitingen in Nederland.
Commissie heeft een krachtig advies uitgebracht aan demissionair staatssecretaris Gunay Uslu (Cultuur), getiteld ‘On(ver)vangbaar. De innovatieve kracht van the culture.’ Het advies roept op om beleid te maken dat recht doet aan de diversiteit en rijkdom van cultuuruitingen in Nederland.
Ontdek hier direct het advies.
In het advies staat het culturele ecosysteem the culture centraal, dat het middelpunt vormt van de culturele leefwereld van grote groepen jongeren, makers en communities.
The culture, ook wel migrantencultuur of diasporische stadscultuur genoemd, wordt nog altijd onvoldoende erkend, gewaardeerd en ondersteund door het cultuurbeleid in ons land, en door de daarvoor verantwoordelijke instanties en instellingen.
De mensen die the culture vormen, bezitten een enorm creatief kapitaal dat we niet langer kunnen blijven negeren. Bovendien is hun innovatieve kracht onmisbaar bij het vormgeven van de stad van de toekomst en bij het aanpakken van de grote maatschappelijke opgaven waar we voor staan.
De Unesco Commissie concludeert in haar advies dat:
Bepaalde vormen van culturele expressie en creativiteit worden gemarginaliseerd of genegeerd.
Dit uit zich in beperkte financieringsmogelijkheden, beperkte toegang tot culturele instellingen en distributiekanalen, en beperkte exposure. Als gevolg hiervan investeert een deel van de makers en communities noodgedwongen vanuit eigen middelen. Dit leidt tot ongelijkheid.
Beperkte institutionele betrokkenheid
Door een gebrek aan representatie binnen traditionele culturele instellingen, programma’s en fondsen worden biculturele jongeren onvoldoende bereikt. Voor organisaties en dragende gemeenschappen waarin representatie vanzelfsprekend is, is het moeilijk om tot het systeem toe te treden (als zij dit willen). Het gevolg is dat er parallelle systemen bestaan met aan de ene kant door de overheid gefinancierde instellingen en aan de andere kant dragende gemeenschappen.
Groot potentieel blijft onbenut.
Veel makers en communities uit the culture hebben de kracht om sociale kwesties aan te kaarten, een stem te geven aan gemarginaliseerde gemeenschappen en verandering teweeg te brengen. Door de onderwaardering blijven belangrijke boodschappen en perspectieven ongehoord en blijven urgente maatschappelijke problemen onderbelicht en onopgelost.
Generatie van frustratie
De traditionele route naar cultureel succes, via formele opleidingen en geaccrediteerde instituten, staat nog altijd bekend als de beste. Hierdoor worden autodidacte makers, die veel voorkomen in the culture, vaak over het hoofd gezien of niet serieus genomen. Dit resulteert in een gevoel van onderwaardering en frustratie.
De Commissie doet aanbevelingen om substantiële ruimte te creëren voor initiatieven van, voor en door the culture:
- Investeer substantieel en op een duurzame manier in the culture en faciliteer de stroming op een voor haar passende manier.
- Erken de kracht en het succes van the culture en heb daarnaast oog voor haar rol bij het signaleren en aanpakken van maatschappelijke opgaven. Vertaal dit in beleid.
- Doe gedegen onderzoek naar de omvang en impact van the culture in Nederland en zet deze cijfers af tegen de middelen die op dit moment vanuit het cultuurbudget van de rijksoverheid naar the culture gaan.
Internationale verdragen
De Unesco Commissie beschouwt het faciliteren van the culture als een verplichting die past bij verschillende Unesco-verdragen die door Nederland zijn geratificeerd. Het Unesco Verdrag inzake de bescherming en bevordering van de diversiteit van cultuuruitingen (2005) en het Unesco Verdrag inzake de bescherming van het immaterieel cultureel erfgoed (2003) roepen op tot het stimuleren, verspreiden en bevorderen van de pluriformiteit van het cultuuraanbod en het faciliteren van gemeenschappen. Met het ondertekenen van deze verdragen heeft Nederland zich internationaal verplicht tot de naleving daarvan.
Het advies in tot stand gekomen in nauwe samenwerking met the culture. De adviesraad stond onder voorzitterschap van Unesco Commissielid Martin van Engel. Daarnaast droegen de volgende mensen bij: Glenn Abrokwa, Ebenezer Ackah, Amal Alhaag, Larry Appiah, Mohamed Attaibi, Lisanne Bedaux, Cleo Boland, Jonathan Donken, Miriam Geerdes-Gazzah, Cissy Gressmann, Dennis de Groot, Jamal Jama, Claudia Marinelli, Malique Mohamud, Munganyende, Inez Naomi, Jefferson Osei, Amira al Rawi, Gerard Rooijakkers, Hamid Sallali, Zineb Seghrouchni, Armin Shah, Jamila Smit, Prof. Soortkill, Randy Telg, Navin Thakoer, Giorgio en Onitcha Toppin, Marc-Anthony Westmaas, Iriée Zamblé.